Doorgaan naar hoofdcontent

FEBRUARI DEEL 2...SNEEUWSTORM 1979







Het huis van Grüschke met de hoogste duin van de Langestraat in Noordhorn (inmiddels afgebroken voor de TUNNEL)


SNEEUWSTORM

1979 februari

Terugzien op de onvergetelijke

februari van veertig jaar geleden

Inwoners van Lauwerzijl weten het ingesloten dorp te verlaten dankzij een tractor met geïmproviseerde slee.

TEZAMEN TEGEN DE WITTE VIJAND

Noord- Nederland ontwaakt op 14 februari 1979 uit een ongekende sneeuwstorm.
Het openbare leven ligt plat, dorpen zijn van de buitenwereld afgesneden, winkels raken leeg, er vallen slachtoffers.
Toch kijken veel met een glimlach terug.
Met z'n allen tegen de witte vijand

Dinsdag 13 februari 1979.
Sip Pluim (31) stuurt zijn grijze Mitsubishi om half elf 
's avonds heel voorzichtig over de Rijksweg van Tolbert naar het districtbureau van de Rijkspolitie bij het Hoofdstation in Groningen.
Hem wacht een eenzame nacht in de meldkamer.
Ijsregen roffelt op het dak.
Hij buigt zich over het stuur en tuurt ingespannen naar buiten.
Opletten nu.
Vonken springen van de hoogspanningsleidingen langs de weg,
Ijzel!
Het schiet door zijn hoofd.
Het extra gewicht drukt de leidingen naar beneden, de harde wind zwiept ze tegen elkaar.
Wanneer hij de stad binnenrijdt begint de sneeuw te vallen.
Heel veel sneeuw.
Na de overdracht schenkt hij een kop koffie in.
Niet lang daarna ergens tussen 23 uur en middernacht krijgt hij de melding dat de situatie op de wegen snel verslechtert.
Gemeentewerken, Rijks-en Provinciale Waterstaat: iedereen stopt met sneeuwschuiven.
"Het waaide achter de vaartuigen net zo snel weer vol".
Een meter sneeuw duwt inmiddels tegen de voordeur van het districtsbureau.
Het noodaggregaat slaat vanwege de stroomuitval om de haverklap aan.
Om 3 uur 's nachts begint hij zich zorgen te maken.
Nog een uurtje of drie  en dan staat 'het werkvolk' op.
Dat belooft een telefoonbombardement.
Moet hij dat in zijn eentje doorstaan?
Hij belt zijn chef.
"De nieuwe ijstijd is aangebroken", meldt hij,
Hij krijgt twee man versterking.
Pluim hangt op.
Twee man?
Ja, dat moet voldoende zijn.
Pluim heeft geen idee, dat hij pas drie dagen later weer thuis is.

*****

14 februari 1979.
Henk van Eisden (29) pakt zijn jas.
Hij wil eruit, de sneeuw zien en en fijnstampen onder zijn voeten als hij door het wittelandschap sjouwt.
Wat er buiten gebeurt is ongekend.
Metershoge sneeuw kruipt tegen de oude arbeiderswoning. in Oosternieland omhoog.
De sneeuw houdt het dorp op het Hogeland in een houdgreep, het is volledig afgesneden van de buitenwereld.
En dan zou hij binnenblijven?
De kunstenaar peinst er niet niet over.
Zijn vrouw Ria ziet het.
Moet hij echt weg weg? 
We hebben toch eten nodig, had hij gezegd.
Hij wil naar de supermarkt in Uithuizermeeden.
maar zo weinig eten is er toch ook weer niet , denkt ze.
Hun dochtertje Nynke (5) en Marke (2) komen echt toch niet om van de honger.
Maar ze knikt.
Nou ja, wat extra's kan ook geen kwaad.
Wie weet, hoe lang die storm nog duurt?
Hij groet en drukt zijn schouder, maar de sneeuw geeft geen krimp.
Heel langzaam, centimeter voor centimeter laat de sneeuw zich naar achteren duwen.
Hij groet nog een keer en dan is hij weg.

*****

Ook de wijk Lewenborg in de stad Groningen kraakt onder de razende sneeuw sneeuw.
Joke Jansing (29) voelt aan haar bolle buik.
Zij is over de tijd,het kind dringt aan.
Haar man Bert ((28) is die ochtend in 6 uur vertrokken naar zijn werk bij het postbedrijf aan de Rijksweg richting Delfzijl.
Hij tijdt o zo voorzichtig, maar er is iets merkwaardigs aan de hand.
Waar is dat depot nou toch!?
Hij tuurt uit het raam van zijn Volkswagenbusje, maar hij ziet enkel een witte wereld.
De wind beukt de sneeuw tegen de ramen.
Hij is het depot vast gepasseerd.
Bert Jansing keert de auto en rijdt terug, vindt het depot en laadt zijn postbestellingen in.
Dan naar Vinkhuizen, de wijk waar hij normaliter zijn ronde loopt.
Maar de politie houdt hem tegen.
Vinkhuizen is afgesloten.
Terug naar huis dan maar.
Jansing rijdt naar Lewenborg.
Maar ook zijn wijk is inmiddels omsingeld door een witte muur.
Hij zucht.
Oké, dan maar lopen.
Hij parkeert de auto bij vrienden.
Dwars door de weilanden is hij zo thuis, het is nog geen kilometer.
Te doen.
De wind rukt aan zijn jas, maar hij schiet goed op.
Dan ziet hij een meeuw op de grond zitten.
Wat doet dat beest vreemd?
Bert is vlakbij de vogel?
Waarom vliegt hij niet weg?
En dan begrijpt hij het: bevroren!
De vogel zit vast in de sneeuw.
En nu?
Doorlopen?
Tuurlijk niet.
Hij pakt de meeuw stevig beet en bevrijdt hem uit de sneeuw.
Het dier is stijf van de kou,
Jansing stopt hem onder zijn jas.
Kom maar mee.
Rond 16  uur stampt hij hun rijtjeswoning aan Lichtboei binnen.
Hij loopt naar boven en zet de meeuw in de badkamer met een bakje water en een vetbol.
Zo dat zal hem goed doen.
Echtgenote Joke grinnikt.
Een meeuw in de badkamer!
Maar waarom ook niet?
Door de sneeuw loopt alles anders dan anders.

Au!
Joke voelt een felle streek in haar buik die na enkele seconden wegebt.
Een wee.
Het gaat dus beginnen.
Ze zucht een paar keer diep.
Geen paniek, ze weten wat ze moeten doen.
Alles spullen staan klaar voor de rit naar Huize Tavenier, de kraamkliniek van het Diaconessen-huis aan de Ubbo Emmius- singel.
Maar ze weet ook: de bevalling kan nog wel even duren dus misschien is het verstandig, dat ze eerst proberen hun wijk uit te komen.
Haar man belt met vrienden die aan de Rijksweg wonen.
Of ze even bij hun mogen blijven totdat het tijd is naar Huize Tavenier te gaan.
Vanzelfprekend, komt maar.
Bert steunt zijn vrouw wanneer ze over het gladde pad naar hun auto schuifelen.
Zij laat zich in de passagiersstoel ploffen.
Een buurman helpt de auto te bevrijden uit de sneeuw.
Bert start de auto.
De motor gromt en de auto schokt vooruit om enkele metders verder te stranden op hun sneeuwhoop.
Bert geeft gas, gromt en geeft nog meer gas.
Niks helpt.
Hij stapt uit.
Ik ben zo terug, zegt hij tegen zijn vrouw.
En dan is hij weg.

Een witte bruiloft
De jurk is uitgekozen, het eten voor de bruiloftsgasten besteld.
Met alles is rekening gehouden.
Nou ja, bijna alles.
Het voorgenomen huwelijk van Hanneke, inmiddels Dijkstra-Postma, uit Surhuisterveen kan onmogelijk doorgaan.
Haar huis staat op de wind; de sneeuw hoopt zich op tot aan de dakgoten.
"Ik kon niet het huis uitkomen", herinnert ze zich.
Gemeentewerkers graven haar uit.
"Maar er was geen beginnen aan",
Het feest is gepland voot donderdag, maar ook op die dag geldt een algeheel rijverbod ten behoeve van de hulpdiensten.
De bruiloft wordt uitgesteld.
"Hoe bereik je de gasten om het af te zeggen?
Gelukkig meldde Omrop Fryslân het een paar keer in de uitzending.
Op zaterdag de 17de trouwt het stel alsnog.
Van de politie kregen we toestemming om naar Buitenpost te rijden.
Volgende week week zijn we 40 jaar getrouwd.
"We kregen een factuur van de gemeente voor trouwen op zaterdag, dat was een stuk duurder.
Het bedrag hebben we geschikt".

Beter een goede buur.......
Om 8 uur 's ochtends op die beruchte februaridag gaat de deurbel bij Elisabeth Foeken in Garmerwolde.
"Ik woonde nog niet lang in het dorp.
Met mijn dochtertje van 4 maanden op de arm doe ik open in pyama.
Boven een hoge muur van sneeuw lachen drie onbekende jongensgezichten mij toe.
"Zullen wij uitgraven, mevrouw?"
'Ja , graag' , zeg ik een tikje verbouwereerd en sluit de deur.
Even later gaat de bel opnieuw.
Een man die ik niet ken.
"Wil je melk hebben?", vraagt hij.
"Eh ja...maar hoezo?"
'Wel, ik ben boer Stollinga.
De melkwagen komt niet langs met deze sneeuw, maar ik moet mijn melk kwijt.
En ik dacht zo, een jong gezinnetje....'
Die dag leer ik wat noaberschap is".

Smoesjes, zegt de baas
Zoaks veel meer reizigers strandt ook Gerrit Alles uitf Beerta onderweg naar huis op de A7,
Zelfs stapvoets in colonne is doorrijden onmogelijk.
Samen met een flink aantal automobilisten van uiteenlopend pluimage voegt hij zich in de veel te kleine behuizing van een benzinestation langs de weg.
De telefoon draait er overuren; het thuisfront wordt voorlopig gerustgesteld,
De Beertster volgt het telefoongesprek tussen een man in keurig pak en zijn baas.
"Die woonde waarschijnlijk ergens in het Westen, waar de mensen geen idee hadden van de toestand in het Noorden".
De man in pak staat huilend aan de telefoon, hij kan écht niet verder maar zijn baas vindt hem een aansteller en draagt hem op verder te rijden.
"Toen griste een van de eveneens gestrande politiemensen de telefoon uit zijn hand en begint de baas de huid vol te schelden:
'Alles is afgesloten!
Meneer gaat helemaal nergens meer heen".
Luid applaus in het benzinestation.
Hoge sneeuwmuren in de buurt van Zijldijk

De telefoon van Jan Ebels (32) rinkelt die woensdag-ochtend om 4 uur.
Met tegenzin haalt het plaatsvervangend districtshoofd van Provinciale Waterstaat in Groningen zijn arm onder de warme deken vandaan en graait naar de telefoon die op het nachtkastje staat.
Enkele seconden later is hij klaarwakker.
Het telefoontje komt van de kantonnier die verantwoordelijk is voor wegenonderhoud in de regio Hoogezand-Veendam. 
Hij woont dichtbij de Kielsterachterweg.
De weg is een zorgenkind.
Een combinatie van sneeuw, oostenwind en Kielsterachter-weg?
Niet best.
Nee, helenaal niet best!
De kantonnier meldt dat er tientallen automobilisten zijn vastgelopen in de sneeuw.
Geen zorgen, hij heeft ze al opgepikt en ze drinken nu een kop koffie in het 'steunpunt' ofwel zijn woning met een zoutopslag.
Ebels rijdt naar het kantoor van waterstaat in Oosterhogebrug in de stad.
De kielsterachterweg is afgesloten voor verkeer.
Maar hoe krijgen ze al die ingesneeuwde auto's daar weg? Radio Noord-hournaluist en programmamaker Henk Binnendijk (25) klautert die woensdagochtend over een sneeuwbult om uit zijn woning te Kropswoldw te komen.
Hij heeft zijn rugzak volgestouwd met vinyl voor de uitzending straks.
Maar waar staat zijn auto?
O ja, onder dezelfde bult waar hij zojuist overheen ploeterde.
Heel fijn.
Oké, en nu? 
Godzijdank rijdt op de Woldweg een shovel; de chauffeur is niet te beroerd hem een lift te geven.
Hij luistert graag naar de regionale omroep en als hij hoort dat er zonder Binnendijk een muziekloze uitzending dreigt, is hij niet meer te houden.
Hij zet Binnendijk even buiten Foxhol af bij een collega-bestuurder die het deel Winschoterdiep moet schoonschrapen.
Die levert de programmamaker op zijn beur keurig af bij het Damsterdiep.
Al shovel-hoppend bereikt Binnendijk de studio aan het Martinikerkhof in hartje stad.
Meer collega's zijn die ochtend aan het werk gegaan.
Reguisseur Roel Dijkhuis is al druk bezig.
Politieverslaggever Kees Kremer is zowaar aangekomen in zijn fonkelnieuwe auto.
Terwijl de rest van het land nauwelijks beseft wat er in de noordelijke procincies gebeurt, ontwikkelt Radio Noord zich die dag tot dé spreekbuis en rampenzender van Groningen en Drenthe.
"Iedereen wilde bij ons in de uitzending" , herinnert Binnendijk zich veertig jaar later.
Hij is net met pensioen.
"In Schouwerzijl zat collega John Bolt die vanuit zijn huis allerlei hulpacties cördineerde.
Onze telefooncentrale raakte overbelast.
'Laat ze mij maar bellen', zei John.
Wanhopige veehouders die hun melk niet kwijt kunnen omdat de tankwagens van de zuivelcoöperatie vastzitten in de sneeuw, ingesneeuwde ouderen die geen brood meer hebben, boeren die zonder voer voor hun dieren zitten: iedereen belt Radio Noord.
Het karakterisieke stemgeluid van weerman Jan Pelleboer uit Paterswolde is elk half uur te horen.
"Pelleboer beleefde echt zijn glorietijd.
Hij was gelijk aan weer.
Maar we hadden ook een uitzending met gestrande automobilisten in een benzinestation aan de Kielsterachterweg.
Die kwamen telkens terug in de uitzending om te vertellen wat er gebeurde, vijf of zes mannen moesten dan ook hardop meezingen met de muziek die we draaiden".
Het zou nog dagen duren voordat het ergste achter de rug was.
"Ik geloof dat ik drie of vier dagen achter elkaar heb gewerkt.
Ik sliep in hotel De Doelen aan de Grote Markt, maar er waren ook collega's die in de studio bleven.
Ja, hoe deden we dat?
Adrenaline".
De sneeuwstorm betekende volgens Binnendijk de wedergeboorte van de regoniale omroep.
"Onze luistercijfers waren voor die tijd nogal laag, maar ze verdubbelden.
En dat bleef zo"
Met de nieuwe auto van Kees Kremer liep het minder goed af.
"Die reed met krassen en deuken terug naar huis".

******

De drie alarmlijnen van de politiemeldkamer ziet Sip Pluim sinds 6 uur ; s morgens onophoudelijk rood flikkeren.
Burgemeesters en de commissaris van de Koningin melden zich via de rode telefoon, een calamiteitenlijn.
Er moet naast de meldkamer een crisiscentrum komen en wel zo snel mogelijk.
Korte lijnen zijn er nodig.
De hele dag door blijven de knoppen rood oplichten.
Een stroom alarmeringen overspoelt de meldkamer.
Afgesneden dorp, mensen die dringend medische hulp nodig hebben, ingezakte dagen van stallen waar in nog koeien staan, stroomuitval door shovels die onder sneeuw bedolven stroomkasten per ongeluk omver schuiven.
Het houdt niet op.

Sneeuw scheppen in de buurt van Eelde-Paterswolde


Boeren in de regio Donderen bellen niet met de politie.
Die regelen het zelf wel.
De melkveehouderij van de familie Hoving in Roozand is totaal geïsoleerd.
De oostenwind stuwde sneeuwduinen meters hoog het erf op.
Water-en melkleidingen zijn bevroren.
Melken is onmogelijk.
Toch?
Maar dat is geen optie voor de tweehonderd stuks melkvee.
Trientje Hoving- Boer (42) zeult met emmers kokend water om de leidingen te ontdppien.
De hele familie is op de been.
Het werkt en niet lang daarna stroomt de melk door de leidingen.
Maar hoe komt de zuivel bij de DMO-fabriek in Beilen!

********

Ria van Eisden kijkt op de klok.
Haar man Henk is nu al enkele uren weg.
Het wordt 19 uur.
Geen Henk.
20 uur.
De voordeur blijft dicht.
21 uur
Nog steeds niks.
Ze belt iedereen die zij maar kan bedenken.
Familie, vrienden, kennissen en politie.
Niemamd heeft Henk gezien.
En het is bijna nacht.

*******

Bert Jansing stapt door de sneeuw terwijl de hoogzwangere Joke niets anders kan dan op zijn terugkomst wachten. 
Hij komt terug met een aantal agenten.
En een bulldozer.
Het gevaarte stopt enkele meters voor de Simca.
Joke staart omhoog.
Wat wordt er nu precies van haar verwacht?
 Dat wordt al rap duidelijk.
Als ze Lewenborg uit willen, zit er maar een ding op.
Joke moet in de cabine van de bulldizer zien te komen.
Ze voelt weer even aan haar strakgespannen buik.
Een klauterpartij dus.
Prettig is anders, maar het is wat het is.
Ze stapt uit en hijst zich omhgoog.
De agenten en de bestuurder helpen haar zo goed als ze kunnen.
Even later heeft ze zich met haar omvang naast de grijnzende chauffeur in de eenpersoonscabine gewurmd.
De bulldozer komt in beweging en daar gaan ze.

Op ski's langs de patiënten
Patiënten kunnen niet naar de praktijk in Musselkanaal komen, dus gaat fysiotherapeut Henk Drenth langs op langlaufski's.
Ook huisarts Henk Jansen uit Valtgermond laat de auto staan bij het kanaal staan en gaat op verder op ski's 
De ski's onder en erop af.
Een patiënt bezoeken in de witte wereld of nowhere van Jipsingboermussel.
Gewoon dwars door het land; Drenth kwam aan als de Verschrikkelijke Sneeuwman.
Uitpellen, ontdooien, opwarmen.
Ook de handen natuurlijk, het gereedschap van de fysiotherapeut.
De thuisservice en de warme ontvangst smeden een ijzersterke band tussen patiënt en behandelaar5.
"Om nooit te vergeten", zegt Drenth 40 jaar later.

Een langlaufer op de Hereweg in Groningen

Donderdag 15 februari rollen twee tankdozers, legertanks met op de voorkant een grote schep gemonteerd, en enkele legervoertuigen over de Kielsterachterweg.
Ze zijn een welkome versterking voor de werkploegen die zich met sneeuw met shovels en scheppen op de sneeuw storten.
Ingesneeuwde auto's worden naar een parkeerplaats in Hoogezand gesleept.
Maar niet alle auto's zijn met het blote oog te zien.
Ebels en de soldaten prikken met een stok om de zoveel meter in de sneeuw.
Intussen schrapen de tankdozers tonnen sneeuw van de weg, maar de wind voert een onuitputtelijke nieuw voorraad aan.
Ebels stap af en toe in het aangenaamwarme Citroënbusje van de Rijkspolitie.
Via de mobilofoon praat hij het commandocentrum over de stand van zaken bij.
"Een mobiele telefoon hadden we nog niet.
Een appje was heel handig geweest".
Hij werkt onvermoeibaar door,
"Ik geloof dat ik die dag 38 uur in touw ben geweest".

Saamhorigheid
Bert Weggemans wil een brood kopen bij de Hema un de Stadswijk Paddepoel.
Bij de meeste bakkers, zo ook die in Paddepoel, is het brood voor 10 uur al uitverkocht.
Hij ziet hoe een mevrouw met tien broden wegloopt.
Een andere vrouw schiet haar aan.
"Ze smeekte haar om een halfje voor haar man die in de nachtdienst werkte.
Ze had zelf niks meer.
Maar de vrouw met het brood weigerde en beende zo met haar broden de Hema uit".

De sneeuwbaby
Omstreeks 2 uur 's nachts gaat de telefoon in het politiebereau Hoogeveen.
Brigadier Ab Karsten heeft dienst,
Aan hem geeft opperwachtmeester Albert Westers namens de rijkspolitie in Pesse door dat daar een vrouw op het punt van bevallen staat.
Ze moet spoed naar het ziekenhuis.
"Via een gemeentemedewerker regelden we een shovel waarachter we met twee surveillancewagens in optocht met horten en stoten naar Pesse schuifelden.
Te lange leste wordt het dorp bereikt waar de aanstaande moeder in dekens gewikkeld op de achterbank van een van de auto's wordt gelegd.
De polonaise bereikt Hoogeveen zonder kleerscheuren.
In het warme ziekenhuis piept een gezonde baby tevoorschijn.

Medicijnmannen
Op verzoek van de plaatselijke huisarts brengen Roelof Kiers en Bertus Klomp uit Uffelte op vrijdag medicijnen naar een paar afgelegen huizen.
Hoewel het ergste al achter de rug is, is een solotocht volkomen onverantwoord vanwege de enorme hoeveelheid sneeuw.
"Gewapend met scheppen en zaklampen gingen we rond 16 uu op pad", weet Bertus Klomp.
Het gaat best vlot tot een kolossale sneeuwduin van 5 meter de doorgang verhindert.
Dwars over de es dan maar!
Een barre tocht over een vlakte van metersdikke sneeuw, zonder enig idee van paden of sloten.
"Na 2,5 uur ploeteren over een stuk van ongeveer 3 kilometer kwamen we bij het eerste adres aan.
De bewoners waren erg dankbaar".
Een kilometer het bos in lag het laatste afleveradres.
"Daarover deden we nog eens 1,5 uur...."
Met vallen en opstaan wordt later ook de ellenlange terugreis overwonnen.
"Man man, wat heb ik die nacht geslapen!"

In de meldkamer van de Rijkspolitie blijven de telefoons de gehele dag gekmakend rinkelen.
Dan komt 's avonds het bericht dat de gaslevering gevaar loopt door de zware sneeuwval.
Monteurs moeten met spoed naar gaslocaties toe.
Spoed?
Da's een goeie!
Hoe dan?
Een helikopter van de Rijkspolitie stijgt op vanaf Eelde.
De piloot wordt door het crisiscentrum naar de NAM-locatie bij Sappemeer gepraat om daar twee monteurs op te halen.
De neonreclame van de Scholtens/Honigfabriek in Foxhol doet vanuit de lucht dienst als ANWN-paddestoel.
Daaroverheen en pal oost aanhouden', melden de medewerkers die met een schuin oog naar de enorme topografische kaart van de provincie aan de wand kijken.

******

De gezinnen van tien boerderijen rondom Donderen steken de koppen bij elkaar.
Iedereen heeft het zelfde probleem.
De melktanks zitten barstensvol. de silo's met veevoer zijn bijna leeg.
Er wordt een shovel besteld, de melkfabriek en de leveranciers krijgen een telefoontje.
"Ze reden in konvooi naar de boerijen", herinnert mevrouw Hoving zich.
Ïntussen ging een buurman op de trekker naar Vries om boodschappen te doen.
Die bracht brood en ander voedsel naar alle gezinnen.
Ach, op dat moment sta je er niet bij stil, maar wat was er toen een saamhorgheid.
Iedereen werkte samen".
Iedereen?
"Nou....de bestuurder van de shovel heeft aardig aan ons verdiend.
Die man wist natuurlijk heel goed hoe belangrijk het was dat onze boerderijen bereikbaar ware,
Maar om de zoveel tijd had hij even'geen zin' meer.
Dan moest een van ons hem weer wat toestoppen en dan keerde 'de zin' terug".

Slechts met volharding wordt de voordeur bereikt.

Donderdagochtend.
Ria van Eisden ligt in bed.
Geslapen?
Nauwelijks.
Haar hoofd tolt.
De linkerzijde van het bed is leeg.
Maar buiten jaagt de storm om het huis en pas de volgende dag is het mogelijk een zoektocht naar haar man op touw te zetten.
Veertig jaar later herinnert ze zich alleen nog dat er steeds meer mensen in huis komen.
Politie, een zwager, vrienden.
Ze weet niet meer wat ze al die uren heeft gedaan.
Met de kinderen gespeeld?"
Ze weet het echt niet meer.
"Ik weet alleen dat op den duur een dorpsgenoot voor de deur stond.
Henk was gevonden.
Hij lag achter een boerij bij Roodeschool.
Later begreep ik dat hij inderdaad in Uithuizermeeden is aangekomen.
Hij heeft nog ook nog boodschappen gedaan en daarna ging hij nog even naar een café.
Daar kreeg hij het advies om zoveel langs het spoor te lopen.
Hij is in die zware sneeuwstorm op de een of abdere manier in Roodeschool  beland en dat ligt een behoorlijk eind uit de richting.
Eaarschijnlijk is hij toch verdwaald en liep hij naar de de boerderij toe om te schuilen.
Daar is hij uitgegleden en met zijn hoofd op iets hards gevallen.",
De pijn begint.
Het gezin leeft verder, moet door zonder vader.
Het gemis is compleet en totaal.
Geen vader die die slingers ophangt voor verjaardagen.
Geen vader bij de uitreiking van diploma's.
"Je leeft eigenlijk in een shock verder.
Er was in die tijd ook niet echt aandacht voor rouwverwerking.
Maar ik heb me altijd wel gered.
Il vind het nog het ergste voor mijn kinderen.
Die  zijn zonder vader opgegroeid, ze hebben hem nooit gekend.
Hij was zo'n creatieve man".
Aan de muur in de woonkamer hangt een zwart-wit tekening van Ria die naast Henk op een stoel zit.
Op de schoot van Henk glinlacht een blonde Nynke.
"Mooie tekening toch?
Ach, hij had zoveel talent?.

*******
Een arts in Huize Tavenier onderzoekt  Joke Jansing.
Een stuitligging.
De volgende dag werd besloten dat ik naar het ziekenhuis moest, en wel zo snel mogelijk.
Dus werd ik in een ambulance gelegd.
Die reed stapvoets door de straten.
"Om 12.35 uur wordt Chris geboren.
"Hij was kerngezond, maar het had heel anders kunnen aflopen.
Gelukkig was er een bulldozer in de buurt".
Hoe liep het af met de zeemeeuw?
Die hebben we dezelfde dag vrijgelaten? , zegt Joke.
"Ook die was kerngezond".

*****

Pluim slaapt drie dagen op een noodbed in de meldlamer.
"Ik zie het weer helemaal voor me: de rinkelemde telefoons, de hectiek.
Ik had het voor geen goud willen missen.
Dat heb ik daarna nooit meer meegemaakt".
Hij denkt even na.
"Nou ja, een paar weken later was het wéér alle hens aan dek.
Het begon namelijk te dooien!
Mán, wat een water".

*****

De sneeuw verdwijnt, maar de band die de ijstijd smeedde tussen de boeren in Donderen is hecht en tot op de dag van vandaag ionbreekbaar.
"Toen alles achter de rug was kwam een boer met het idee voor een bowlingavond om het te vieren.

"Op Goede Vrijdag 1979 streden de gezinnen van de tien boerderijen om de Sneeuwploegbokaal.
De Sneeuwploegbokaal.














"En dat doen we nog steeds.
Elk jaar".

Koolmonoxide maakt twee slachtoffers
Cetina Zibkstok-Demmer uit Assen en haar twee zussen en broer verliezen in de sneeuwjacht in één klap hun beide ouders door monoxidevergiftiging.
Vader (73) en moeder (65) wonen aan de rand van Koudum in Zuiderst-Friesland, waar een sneeuwduin in de tuin 's nachts reikt tot aan de dakgoot van hun huis.
Het aan- en afvoerkanaal van de centrale verwarming raakt verstopt; het geurloze koolmonoxide doet zijn dodelijk werk.
"Ik kreeg mijn  ouders maar niet aan de telefoon.
Via omwegen wordt contact met de buren gelegd, samen met de politie hebben zij mijn ouders gevonden".
Een van de zussens woont niet ver uit de buurt; zij weet met veel moeite het huis te bereiken.
De rest van het gezin kan er niet komen.
"Alles werd vertraagd, kwam niet of niet op tijd,
De doodskisten voor mijn ouders arriveerden pas na twee dagen.
De rouwkaarten werden lang niet overal op tijd bezorgd en het graven van het graf was geen gemakkelijke klus".
Na twee weken werd Getine Zinkstok-Demmer terug in het ouderlijk huis,
"Door de ramen kon je de weilanden nog altijd niet zien, verstopt achter hoge sneeuwduinen.

Moeder overlijdt
De moeder van Jaap Koopman uit Groningen wordt op maandag geopereerd, twee dagen voor de sneeuwjacht, aan een gescheurde milt.
Koopman gaat op woensdag 'gewoon' op weg naar zijn werk in Marum.
"Pas buiten de stad merkte je de noodstuatie.
De A7 was toen nog een tweebaansweg, maar door de bergen sneeuw zag je helemaal niets.
Stoppen en keren was minstens zo gevaarlijk als doorrijder".
De Groninger kan op de zaak in Marum overnachten, maar op vrijdag komt toch het gevreesde telefoontjes.
"Mijn auto hebben we snel uitgegraven, op de A7 reed ik achter een vrachtauyo van Philips aan naar de stad.
Eenmaal in het ziekenhuis bleek dat moeder niet lang had.
Die ochtend is ze overleden? .

Gestrande auto's bij Stadskanaal
Vaak was nauwelijks meer van het voertuig te zien dan het dak

Gelezen in:
DAGBLAD VAN HET NOORDEN

Hoe was het in Noordhorn

Vandaar de visie van Jan Thijs de Haan op de winter van ’79 op deze Noordhorn-weblog. 
Een gastoptreden dus, met dank van mijn kant!

Tekening van de winterse situatie bij de Chr.MAVO aan de Langestraat, in 1979.
WINTER 1979
Er was er na dagen niet op uitgekeken.
De koude winter wou maar eerst niet om.
Ze presenteerde zich dat jaar met streken.
En Pelleboer lachte zich weer krom.
De dagen kort, de nachten lang.
Voor een sneeuwbui in ’t geheel niet bang.
Een kleine dochter in november pas geboren,
Liet zich door kou en sneeuw niet storen.
Het aardgas was nog niet zo duur.
De kachel brandde uur na uur.
En wat niemand had verwacht,
Gebeurde in die ene nacht..
Een sneeuwbal daalde uit de lucht;
er stond een storm, ’t was geen zucht was geen zucht.
Dit loeide om het huis aan één stuk door.
Veel lawaai, maar je kon er nog om slapen hoor.

Sneeuw, heel veel sneeuw, die winter van 1979. Hier bij het huis aan de Langestraat dat nu wordt bewoond door de familie Kooi-Mulder. (Als ik het goed zie....) In beeld: Jan Mark de Haan?
De volgende dag blies je bijna van de weg.
Er was geen doorkomen aan, voor leerlingen pech?
Nog zie ik Vrolijk door de sneeuw heen ploeteren.
“Zo geven we geen les”, hoorde ik hem foeteren.
De weg naar school was onbegaanbaar.
Er reed geen auto meer.
Voor fietsen had de wind te veel misbaar.
Het was in één woord pokkenweer.
De buren waren volledig ingesneeuwd
Nog voor ze ‘s morgens één keer hadden gegeeuwd.
Sneeuw woei door alle kieren van het huis.
Het was buiten uren achtereen niet pluis.
De huizen aan de Langestraat waren meters ingepakt in sneeuw.
Menig Zuid-, Noordhorner stond later te werken als een leeuw.
Toen de wind zich eindelijk had neergelegd.
Werd door menigeen een stevig woord gezegd.

En hier een enorme sneeuwduin, voor het huis van de familie Grüschke, toén? (Het huis dat op de nominatie staat te verdwijnen in verband met de N355-verlegging)
Huizen moesten compleet worden uitgegraven.
Velen kwamen met schoppen en sneeuwruimers opdraven.
We hebben toen met sneeuwruimen verdiend.
Het spreekwoord: “Een goede buur is beter dan een verre vriend”
Je leerde toen hoe je moest steken met een schop.
En de reclamespreuk van Iglo dreunde door je kop.
Een oude buurman werd uit zijn isolement gehaald.
Na uren werken werd door niemand nog gebaald.
Op de weg kwam je de wereld mensen tegen,
Die foto’s maakten en sneeuwbergen bestegen.
Velen liepen tussen Noordhorn en de brug
Op en neer, heen en terug.
Bij ’t noodgebouw waren de kachels in sneeuw verpakt.
Ze werden door een knokploeg uit het personeel aangepakt.
De hele dag stonden zij te werken.
Voor hun leerlingen, die vlerken.
Een bulldozer kwam het plein schoon te vegen.
De volgende dag begon de school om half negen.
Het plein was stuk gereden.
De leerlingen ontevreden.
Sneeuwballen gooien konden ze wel
En dat deden ze bel na bel.
Er lag zoveel sneeuw in die dagen,
Dat je, als iemand om iets kwam vragen
“Als de sneeuw weg is” zei.
Dus weer een spreekwoord erbij.
De overstroming bij de dooi viel mee.
Wel lag de sneeuw nog wekenlang op stee.
Maar och, aan alles komt een end,
We waren zo met sneeuw verwend.
Nu jammer, dat het overging
’t Is allemaal herinnering.
Daar doen we ’t dan deez’ winter maar weer mee.

Dit is ook een prachtige sneeuwfoto, maar ik ben de weg kwijt.... Waar is dit????
Tekst en foto’s: Jan Thijs de Haan (Noordhorn)


De verdere beleving van Marthijs, Jan Mark en hun vader!










Marthijs op de parallelweg!
Het kippenhuis van de buurman Wieringa!















Je zie de boomtoppen nog
De berg sneeuw voor het huis!








De hoogste berg voor het huis van Grüschke met een bord met de tekst: "
Hier staat een boom"


De school!















De vader met zijn filmcamera!
Richting Noordhorn!
De school!









Het huis van Wieringa!
De entree naar de school!
Bij Grüschke














Bij het kippenhok van Wieringa!
Met Jan Mark!
De dames Carolien en Jolanda Vermaas en Jetty de Jager 

Jan Mark bij de afvalemmer!










Met de aanwijsstok!
Jan Mark!
Voor het huis...
.....niet veel sneeuw!















Begaanbaar?!
Twee fietsen omver!
Achter!
Bij Grüschke


De heren op het schoolplein!







In de schooltuin!
Marthijs!........Lianne in huis!


“Ik las in ‘Noordhorn Toen’ dat je niet meer wist wanneer de jachtsneeuw ons dorp teisterde. 
De juiste data zijn dinsdag 13 februari tot en met donderdag 15 februari 1979. 
Er stond een zeer harde oostenwind die af en toe opliep tot orkaankracht (windkracht 11) 
Ik ontleen mijn wijsheid aan het ‘Sneeuwboek‘ van uitgeverij Scholma in Bedum. 
Ons huis aan de Oosterweg 20 was toen in aanbouw en er zat nog geen glas in. 
De hele woonkamer was ondergesneeuwd. 
Er lag een manshoge laag sneeuw. 
Toen het weer wat rustiger was geworden heb ik, samen met Kees van Dijk (de concierge van onze school), de hele kamer leeggeschept en aangeveegd. 
Een hele klus kan ik je zeggen. 
Wij woonden toen nog in Zuidhorn en ik herinner me nog levendig hoe we in Noordhorn zijn gaan kijken naar al die ingesneeuwde huizen aan het begin van het dorp. 
En ook al die mensen die met sleetjes boodschappen deden.


Vriendelijke groet,
Jack Mok (directeur van de openbare ULO van Zuidhorn)


Uit:
WESTERKWARTIER

Historisch 
Correct
Albert Graansma

Februari 1979

LEEK Weeralarm code rood bestond nog niet.
Weer waarschuwingen wel.
Februari 1979 sneeuwoverlast.
De winter van 1979- 1979 werd achteraf gezien als 'een strenge kwakkelwinter'.
Er werd geen elfstedentocht verreden.
Er was wel veel overlast van ijzel en sneeuw.
Vanuit Uithuizermeeden werd de zware sneeuwstorm van half februari het eerst doorgegeven aan De Bilt
Daar werd het eerst niet echt geloofd, en dus ook niet echt geloofd, en dus ook niet meteen doorgegeven.
Maar al snel werd duidelijk dat geheel Nederland op 14 februari een zware sneeuwstorm te verduren kreeg.
Dat was dus op Valentijnsdag.
Maar aan Valentijnsdag werd in Nederland toen nog nauwelijks aandacht geschonken.
Dat waaide pas later over vanuit Amerika.
De sneeuwstorm van februari 1979 zorgde voor metershoge sneeywduinen op vele plekken, waren van één kant compleet onbereikbaar geworden.
Wegen, slote en weilanden liepen als een heuvellandschap in elkaar over.
Dorpen werden afgesneden van de buitenwereld.
Auo's strandden in de sneeuw, en vaak kwam alleen het dak nog boven de sneeuw uit.
En soms dat laatste zelfs niet meer.
Het niet meer kunnen verplaatsen, over lange afstanden, zorgde ervoor dat de dorpswinkels al snel door hun voorraden etenswaar heen waren.
Er werd nogal gehamsterd.
De sneeuwduinen waren ook niet zomaar even snel weg te werken.
Militairen kwamen meehelpen, zoals dat in noodstuaties altijd gebeurt.
De trein Groningen-Leeuwarden stond bij station Visvliet voor een metershoge sneeuwduin.
Met de schop maakten de militairen de (spoor)weg vrij.
Station Viscliet bestaat trouwens inmiddels niet meer.
Op de foto  zijn militairen ook een trein aan het uitgraven.


Militairen graven de vastgelopen tram uit    (Foto: Leekster Courant)

Dat gebeurde in Leek, bij mijn geboortehuis, Tolberterstraat 53.
Ook toen er enkel nog treinen over het traject reden sprak men toch nog over 'De Drachtster Tram'.
Ook die is er inmiddels niet meer.
En, o ja, na de sneeuwoverlast zorgde het smeltwater, met name ook in onze voornalige gemeente Leek, nog voor een forse wateroverlast.

Reacties

Populaire posts van deze blog

JAN REIJMERINK, oud- leerling van de chr. mavo te Noordhorn

Jan Reijmerink is een oud- leerling Zijn vader, herinner ik me, was leraar van een HTS in Groningen. Later deed hij journalistiek, regisseren en schilderen. Hij zocht bij alle dingen.... iets wat hem in het vervolg zou bevredigen. Maar hij is nog steeds aan het zoeken en ontdekte, dat het zoeken hem veel voldoende gaf. Een veelzijdig man die alle dingen met veel plezier doet. Met bloemen in Zuidhorn vader en moeder! Met vader bezocht hij de tunnel in Noordhorn! JAN REIJMERINK Leerling op de school, waar ik leraar was, de christelijke mavo te Noordhorn. Ik zal de klasgenoten vermelden van JAN REIJMERINK, op wie ik erg gesteld was vanwege zijn uitgebreide interesse en inzet. Zijn vader trof  ik vaak bij de ouderespreekavonden. Hij was zelf ook leraar aan de HTS in Groningen. Ik heb bepaalde gedeeltes van Jan Reijmerinks site gekopiëerd. Ik zal de namen laten zien van de leerlingen, die met Jan in de vierde klas zaten in het jaar 1981 Biog

DE 'DRACHTSTER TRAM'

Uit: WESTERKWARTIER De 'Drachtster tram' reed na opheffing nog op speciale gelegenheden, zoals hier in 1973, dwars door de Tolbertstraat in Leek. Het goederenvervoer op die lijn werd in 1985 opgeheven. (Foto: collectie gemeente Leek)  De 'Drachtster tram' Vorig jaar zijn enkele ongebruikte stukken spoorlijn ten westen van de Paterswolde opgeruimd. Het waren de laatste restanten van de Drachtster tramlijn tussen Groningen en Drachten. regio De Drachtster tram (later goederenvervoer en bekend als Philipslijntje) deed meer dan '79 jaar dienst. De NTM is een afkorting voor de Nederlandse Tramweg Maatschappij, opgericht in april 1880 door twee Belgen.  In de daarop volgende jaren zou de NTM zich ontwikkelen tot de grootste vervoerder in de noordelijke provincies. Alleen al in Friesland had deze vervoersonderneming 175 kilometer stoomtramlijnen en 29 kilometer tracé voor de paardentram. Er was nog enige concurrentie bij plannen voor aanleg van de traml

KRAKKIE LOPEN bij de eerste CHBS

Het Noorderplantsoen De HBS die ik bezoek, ligt in de binnenstad vlakbij het Noorder plantsoen, dat wordt geflankeerd door de resten van een oude stadsmuur voornamelijk bestaand uit een lichaam van aarde, waar je halverwege via een trap kan afdalen en dan loop je recht de Grote Rozenstraat in.  Als het hard heeft gevroren is dat de plek waar we op af stevenen om de vijvers te bereiken in het plantsoen en dan is het feest.  Massaal wordt er over het ijs gelopen met zo’n honderd man naast elkaar heen en terug.  Op het laatst gaat het ijs onder de druk helemaal om hoog staan en het geluid dat het lopen vrijmaakt is imponerend.  Op die momenten bewijst het ijs zijn taaiheid, wel buigen, maar barsten, ho maar.  Het zal ook talloze natte pakken opleveren.  Zo bestaan in die tijd de pauzes uit een constante uitdaging van het ijs dat geen krimp geeft. Dus kan het gebeuren, dat iemand die een plekje achteraf zoekt onder de bomen aan de vijverkant verrast wordt door inzakkend i